Beginpagina van Plantaardigheden.nl

 

 

Actuele toepassingen van planten

Plantaardigheden.nl
Artikelen over planten
Sitemap

Leesmaar.nl
Dodoens en meer bijzondere boeken

Leeswerk.nl
Artsenijgewassen
Flora Batava

Krachtigeplanten.nl
A modern herbal: 100 medicinale planten
Massachusetts Institute of Technology

Beschrijvingen van planten

Mirre - Commiphora myrrha (en andere soorten)

Overzicht van deze plant

Commiphora myrrha - mirre, Somali-(gomhars) wierook: mirre

Cruydt-Boeck deel Indiaensche oft Uutlandtsche cruyden

  • 1644 Vlaams: Myrrheboom (gomhars) Myrrhe
  • 1616 Latijn: (gomhars) Myrrha
  • 1554/1557: Myrrh, Myrrha, Myrrha Boeotica, Myrrhe

Google search mire op deze website https://www.google.nl/search?q=
mirre+site:plantaardigheden.nl

Alle foto's van Commiphora myrrha op internet

Commiphora myrrha in Plantago PlantIndex

Lees tekst  

Cruydt-Boeck deel Indiaensche oft Uutlandtsche cruyden

Myrrhe-boom, ende Myrrhe 

  • (?)
  • 1644 Vlaams: Myrrheboom van 't Joodsche landt
  • 1616 Latijn: (gomhars) Myrrha Iudaica

   Magie en mirre horen bij elkaar. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de offergaven van de Drie Koningen, die goud, wierook en mirre schonken aan het kind Jezus. Deze magiërs, priester-koningen uit het woestijnachtige thuisland van de mirreplant, kwamen aan met het meest kostbare van hun cultuur. Dat waren, naast het koningsmetaal goud, de aromatische harsen uit wierook en mirre. Misschien brachten ze zelfs helemaal geen goud mee, zoals sommige onderzoekers beweren, maar balsem, want in het Arabisch hebben deze twee woorden dezelfde schrijfwijze: dhb. Als dat waar is, dan waren het louter plantaardige producten die de koningen schonken.

   Hoe dan ook, wierook gaven ze vanwege de heiligheid en mirre vanwege het lijden van het kind, want mirre en lijden horen ook bij elkaar. Het rituele zalven van de doden door de Hebreeërs was in die tijd heel gebruikelijk en mirre werd dan ook als symbool gezien voor lijden en dood. Ook toen Christus aan het kruis hing, gaven ze hem mirre opgelost in wijn. En nadat hij van het kruis was genomen, werd hij door Jozef van Arimathea en Nicodemus met honderd pond mirre en aloë bedekt.

De jonkvrouw Myrrhe

   Hoe sterk mirre met lijden is verbonden bewijst ook het verhaal van de prachtige jonge vrouw met de naam Myrrhe, beschreven door de Romeinse dichter Ovidius (43 v. Chr. tot 17 na Chr.). In het tiende hoofdstuk van zijn Metamorphosen beschrijft hij hoe het meisje hopeloos verliefd wordt op haar eigen vader en niets liever wil dan met hem de liefde bedrijven. Verteerd door schuldgevoel wil ze zelfmoord plegen, maar haar voedster verijdelt op het laatste moment de zelfmoord door vader en dochter door een list bij elkaar te brengen. Zij weet vader Cinyras met wijn te benevelen en als hij die nacht alleen in bed ligt brengt zij het meisje naar hem toe, zonder haar identiteit te onthullen.

   Vele nachten brengen ze met elkaar door en uiteindelijk is Cinyras zo nieuwsgierig naar die heerlijke jonge vrouw, dat hij een toorts aansteekt om haar te kunnen zien. Dan schrikt hij zich een ongeluk en gaat met getrokken zwaard achter het vluchtende meisje aan om haar te vermoorden. Myrrhe weet te ontsnappen naar een ver land waar het droog en woestijnachtig is. Daar brengt ze negen maanden door. Hoogzwanger is ze van haar vader en ze wil niet langer als mens door het leven gaan. Daarom smeekt ze de goden om haar een andere gedaante te geven en die wens wordt verhoord.

   Myrrhe verandert in een doornige struik die voortaan haar naam zal dragen en ze huilt bittere tranen. Die druipen van haar takken in de vorm van kleine glinsterende bolletjes hars die opwellen uit de diepten van haar hout. Na vreselijke pijnen, geholpen door de maangodin, scheurt de stam van de struik overlangs open en komt er het mooiste kind uit dat de wereld ooit heeft gekend: Adonis. Zijn schoonheid heeft hij mede te danken aan de gewoonte om zich met mirre in te zalven en zo mooi is hij dat zelfs de godin van de liefde op hem verliefd wordt. Myrrhe kan haar zoon niet vasthouden en ze moet voorgoed afscheid van hem nemen. Vanwege dat verdriet blijft ze altijd bittere tranen wenen.

Tranen

   Tot zover dit verhaal, waarin enkele opmerkelijke waarheden over de mirreplant worden verteld. Inderdaad lijken de harsdruppels op tranen. Ze ontstaan in harsgangen in het hout en druppen door kleine poriën in de schors naar buiten. Ook gebeurt het regelmatig dat de stam of de dikke takken van de struik overlangs open scheuren waarbij er veel hars naar buiten loopt. Deze kostbare hars zag men in de oudheid als de schone jongeling Adonis en dat geeft wel aan hoeveel belang er aan deze hars werd gehecht.

   In de Zuid-Arabische landen bracht mirrehars zeer veel geld op. Overal was behoefte aan deze hars, in erediensten van tempels in Egypte tot in Griekenland, waar de mirre tijdens het bewind van Alexander de Grote rond 330 voor Christus is aangekomen. Talrijk waren de rookoffers met zowel mirre als wierook, haar familielid waarmee de plant vaak in één adem wordt genoemd. Het ging om offers voor de goden, om boze geesten te verdrijven en om de doden te eren. Verder werden in profane diensten ook rookoffers opgedragen aan levende mensen en was de verfrissende en prikkelende geur van de hars welkom op feesten. De Egyptenaren gebruikten mirre bovendien voor het balsemen van hun mummies, voor gebruik in schoonheidsmiddelen en parfums en voor het verzorgen van het gebit.

   Iemand die veel waarde hechtte aan mirre en haar schoonheid ermee in stand hield, was de oogverblindende Nefertete, vrouw van de farao Echnaton (rond 1570 v. Chr.). Zij bewaarde de mirreharsen in stenen kastjes die later zijn gevonden. Als er gasten kwamen in het paleis kregen die een zalfkegel op het hoofd. Dat was een mengsel van dierlijk vet met mirrehars en andere geurende kruiden. Door de warmte van het hoofd smolt de hars en liep druppelsgewijs door het haar en over de schouders van de gasten. Op die manier wandelden er van geur druipende mensen door het paleis...

Mummies

   Mirre had ook een religieuze betekenis, gezien het veelvuldige gebruik van de hars in de oude Egyptische zonnestad Heliopolis, op de plek waar nu Caïro ligt. Daar werd dagelijks mirre verbrand op het hoogtepunt van de middag als de zonnegod zijn hoogste kracht had bereikt. Daarbij gebruikten de priesters een speciaal mengsel van kruiden, dat ze 'kyphi' noemden. In de zuidelijker gelegen plaats Karnak, aldus de inscripties op de tempelmuren aldaar, was het gebruikelijk deze rookoffers te brengen tijdens de zonsopkomst.

   Zoveel mirre gebruikten de Egyptenaren dat de lucht langs de Nijl zwanger was van deze geur. Niet alleen de hars, ook complete bomen werden geïmporteerd en in de tempeltuinen geplant. Daarmee kon de hars worden gewonnen die in grote hoeveelheden nodig was om de doden mee te mummificeren. Kilo's mirre gebruikten de balsemers om de buik-, borst- en schedelholtes van de overleden farao's en hogepriesters te vullen.

   Toen in 1922 het graf van Toetanchamon werd geopend, kwamen er verzegelde stenen kruiken en potten te voorschijn die bij opening nog steeds sterk geurende mengsels bezaten van mirre en andere harsachtige stoffen. En dat tweeëndertig eeuwen later! Deze substanties bleken voor 90 procent uit dierlijk vet en voor 10 procent uit mirrehars en andere kruiden te bestaan. Zelfs heilige dieren werden gebalsemd met mirre en Rozemarijn, vanwege de conserverende werking van deze planten. Dat was ook aan de middeleeuwers bekend, want daar schreven de geneesheren soms mummie-extracten als medicijn voor tegen de meest uiteenlopende kwalen. Dat waren aftreksels van de zwachtels van mummies, die ooit waren gedrenkt in een waterige oplossing van mirreharsen. Bij het medicinaal voorschrijven van deze 'mummie-lappen' hadden de middeleeuwers de magie van de mummie op het oog, maar het is ongetwijfeld de gunstige werking van de mirre geweest die de geneeskracht veroorzaakte.

Kromme struik

   De mirrestruik is zeer doornig vanwege de scherpe takdorens (takken in de vorm van een doren) die haaks op de stengel staan en de plant een grillig uiterlijk verlenen. De gehele plant kan zo'n twee meter hoog worden en vertakt zich zeer sterk. Soms, afhankelijk van de groeiplaats, komen er ook boomvormen voor die vijf meter hoog kunnen worden. Bij de struikvormen is de hoofdstam meestal gebogen en ziet de plant er uit als een 'vrouw die krom staat van de barensweeën' (Ovidius). Aan de takdorens zitten de kleine, tot twee centimeter lange blaadjes, die aan de voet nog twee kleine zijblaadjes dragen en vaak met zijn drieën voorkomen.

   De bloemen zijn klein en groenig-wit van kleur, althans bij deze soort, want er zijn ook mirresoorten met rode of gele bloemen. Ook zijn er doornloze soorten. Het geslacht mirre bevat maar liefst 250 soorten en de botanie is zelfs voor de kenners ingewikkeld. Van Zuid-Afrika, via de oostkust van Afrika, Saoedi-Arabië en het Midden-Oosten tot in India komt de mirre voor, en tot in de jaren tachtig van de twintigste eeuw werden er nog nieuwe soorten ontdekt. De geslachtsnaam 'commiphora' bestaat uit twee delen: het Griekse woord 'kommi' (denk aan gom en gummi) betekent kleefstof en 'phoros' betekent 'dragen'.

   De 'kleefstofdrager die myrrhe heet' (Commiphora myrrha) groeit in de droge woestijngebieden als wilde plant en heeft waarschijnlijk Somalië als land van herkomst. Daar is 'molmol' de plaatselijke naam voor zowel het gewas als de hars. Tegenwoordig zijn het vooral Ethiopië en Zuid-Arabië die de struiken op commerciële basis in plantages kweken. Voor het winnen van de hars, die bij de zeer hoge woestijntemperaturen zacht wordt en vanzelf naar buiten sijpelt, worden niet alleen de 'parels' van de takken gehaald, ook de stam wordt aangesneden. Dat gebeurt vooral in het heetst van het jaar, in juli en augustus. Net als bij de rubberbomen lopen de harsgangen langzaam leeg. Is de boom eenmaal aangesneden, dan moet hij zes tot vierentwintig maanden met rust worden gelaten. Zo niet, dan droogt de plant uit en sterft.

Verschillende tranen

   De harsdruppels uit het hout, die in de mythologie zo mooi tranen heten, komen in twee soorten voor en die dragen in de handel de inheemse Arabische namen.

   De 'heerabol' is een ruwe, roodbruine en grote klont hars, terwijl de 'bisabol' zachter is, geler en helderder. Meer als barnsteen. In een handjevol mirrehars zitten deze twee soorten door elkaar en je kunt ook allerlei tussenvormen ontdekken. Van deze hars bestaat ongeveer 3 tot 10 procent uit de vloeibare mirreolie, die steeds stroperiger wordt bij veroudering. Deze etherische olie is de geurcomponent die wordt gewonnen door de hars op te lossen in vet. Het harsige deel, ongeveer 35 procent, kan in alcohol worden opgelost en de rest (60 procent gom) is oplosbaar in water. Dat laatste is goed te merken als je een klontje mirre in de mond steekt, want meteen lost er iets van de hars op en dat geeft de scherpe en bittere smaak, die de Arabieren 'myr' (is 'bitter') noemen. Deze bittere looistoffen trekken de slijmhuid van het tandvlees en de mondholte samen en gaan ontstekingen tegen.

Medicinale plant

   Mirre is al in de oudheid als geneesplant gebruikt voor een veelheid aan kwalen. Mondinfecties, kiespijn, hoofdpijn en ontstekingen van de slijmvliezen worden daarbij regelmatig genoemd. Verder zijn vooral ook de desinfecterende en wondgenezende werking bekend, die is toe te schrijven aan de looistoffen in de hars, maar ook aan de wondafdichtende werking die niets met de looistoffen te maken heeft. Als de hars namelijk over de wond is gewreven blijft er een dun laagje als een soort vernis op de huid achter. Hierdoor is de rand van de wond extra beschermd en afgedekt waardoor de genezing vlotter verloopt. In de Afrikaanse volksgeneeskunde vindt deze desinfecterende werking van mirre nog steeds toepassing. Ook als gorgelwater en tandverzorgingsmiddel is de mirre een gewaardeerd medicijn.

   Waarschijnlijk hebben geiten in de woestijn de mirre als mondmedicijn niet nodig, maar ze zijn dol op de blaadjes ervan. Tijdens het vreten druipt de hars in hun vacht en als de dieren genoeg hebben komen ze met sijpelende baarden uit de struiken te voorschijn. Geiten hebben ook op een andere manier iets met mirre te maken. In de oudheid werd namelijk hun huid gebruikt om er de mirre in te persen. Daardoor bleef de geurende olie in de hars aanwezig, omdat het niet kon verdampen door de huid heen.

Hooglied

   Tot slot enkele fragmenten van het bekendste loflied op de mirre en wel het Hooglied van Salomo, uit de bijbel. Telkens grijpen de twee geliefden uit dit lied naar de mirre, als zinnebeeld voor elkaars schoonheid waaraan de plant ook een bijdrage levert. Het zalven van hoofd en handen met mirre verhoogt immers de schoonheid en daarom zijn de liefdesscènes doorsijpeld van deze hars:

Mijn geliefde is mij een bundeltje mirre,
rustend tussen mijn borsten (1:13)
Ik stond op om mijn geliefde open te doen,
mijn handen dropen van de mirre,
mijn vingers van vloeiende mirre
op de greep van de grendel (5:5)

Zijn wangen zijn als balsembedden,
perken van kruiden,
zijn lippen zijn leliën,
druipend van vloeiende mirre (5:13)

R. van der Hoeden bewerkte tekst uit Flora's Kus met toestemming van Weleda

^Naar het begin van deze pagina

Planten
 
Kruidenlijstjes
Beschrijvingen van planten
  A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | MN | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | Z

A.van Roy

C.van der Steen

G. van Elteren

Paul Munnik

Weleda (deels met dank overgenomen)

Foto's prof. Paul Busselen
  A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Y | Z
Nederlandse, Latijnse en Engelse plantennamen zoeken
Nieuwe planten-soorten en -namen in Nederland
 
Woordenboek Nederlandsche Taal
Plantago PlantIndex
Letter: druk op CTRL, draai ook aan muiswiel